Bestraling

Vandaag (19 mei) heb ik een afspraak met de bestralingsarts in het LUMC. Ik zie er enorm tegenop. Niet zo zeer tegen het gesprek maar wel wat me daarna te wachten staat. De longarts heeft aangegeven dat het zo’n 15 tot 20 bestralingen worden en dat ik pijn ga krijgen met slikken omdat mijn slokdarm mee bestraald zal worden. Niet echt iets waar ik naar uitkijk.

Tijdens het gesprek met de bestralingsarts legt hij het hele proces uit. Ze hebben de tumor weggehaald met een minimale marge van maximaal 2 mm schoon weefsel rondom. Het liefst hebben ze 10 mm schoon weefsel maar dat was gezien de locatie niet mogelijk. Omdat de marge zo klein is willen ze uit voorzorg bestralen.

Tijdens een bestraling wordt alle weefsel beschadigd, goede en slechte cellen. Een goede cel heeft ongeveer 6 uur nodig om te herstellen, een slechte cel veel langer. Door elke dag te bestralen krijgen de slechte cellen geen kans om te herstellen en zullen ze uiteindelijk dood gaan. Het aantal bestralingen is door de longarts wat laag ingeschat. Het zullen er totaal 30 zijn, het aantal ligt hoger doordat ze een lagere dosis moeten toedienen in verband met de kwetsbaarheid van het gebied waarin ze bestralen.

Door de bestraling zullen een aantal organen aangetast worden. De schildklier ligt voor de luchtpijp en zal daardoor dezelfde hoeveelheid bestraling krijgen. Grote kans is dat op de middellange termijn (maanden tot jaar na de bestraling) de schildklier langzamer zal gaan werken. Dit is gelukkig redelijk makkelijk te verhelpen met medicatie.
In de luchtpijp kan er een soort webvorming ontstaan. Dit is iets wat op de langere termijn kan gebeuren. Door de webvorming zal ademen moeizamer gaan. De longarts kan dit via een bronchoscopie weg laseren.
In de slokdarm kan littekenweefsel ontstaan, hierdoor kan de slokdarm vernauwen en krijg je last met slikken. Deze vernauwing kunnen ze oprekken waardoor de klachten over zullen gaan. Ook dit is iets wat op de langere termijn kan ontstaan.
Tijdens de bestraling, met een vertraging van een week of 2 a 3, kunnen klachten ontstaan aan de huid en de slokdarm. De rode en pijnlijke huid is te behandelen met speciale creme. De slokdarm zal pijnklachten geven bij slikken. Tijdens de bestraling zal ik contact hebben met een diëtist die eventueel kan aangeven waar ik mijn voedingspatroon moet aanpassen. 

Gezien de locatie van het te bestralen gebied is het van groot belang elke bestraling in dezelfde positie te liggen en stil te liggen tijdens de bestraling. Om dit te kunnen waarborgen zal er een masker gemaakt worden waarmee mijn hoofd gefixeerd wordt op de tafel.

De gebruikelijke techniek van bestralen is via fotonen. Sinds anderhalf jaar is het in Nederland ook mogelijk om met protonen te bestralen. Deze techniek is een stuk nauwkeuriger. Om hiervoor in aanmerking te komen moet er een wezenlijk, aantoonbaar voordeel zijn. In verband met de kwetsbaarheid van het te bestralen gebied zal er ook een berekening gemaakt worden voor de protonenbestraling. De twee berekeningen zullen met elkaar vergeleken worden en bij een aantoonbaar voordeel zal ik hiervoor in aanmerking komen. 

Het is een hoop informatie die over me heen komt. Na het gesprek met de arts wordt er een infuus aangebracht en halen ze me op voor het maken van een masker en een CT-scan.

Fotonen vs. protonen

Eenmaal thuis wil ik toch wel graag weten hoe het nu precies zit met het verschil tussen fotonen en protonenbestraling. Er zijn in Nederland drie protonencentra: in Delft, Groningen en Maastricht. Het protonencentrum in Delft is een samenwerking tussen het LUMC, de TU Delft en het Erasmus MC. 
Het UMCG heeft een mooie uitleg op haar website staan:

"Bij een bestraling met fotonen neemt de intensiteit van de straling af, bij het binnenkomen van het lichaam. Dieper gelegen weefsel ontvangt dus een lagere dosis straling. Bij fotonenstraling wordt vaak gebruik gemaakt van complexe bestralingstechnieken om de tumor te bestralen en de gezonde weefsels zo goed mogelijk te sparen.
Bij een bestraling met protonen wordt de meeste straling pas afgegeven bij het bereiken van een bepaalde diepte in het lichaam. Door dit nauwkeurig te sturen kan het afgegeven worden op de plek waar de tumor zich in het lichaam bevindt." UMCG


Reacties

Populaire posts van deze blog

Pijn

De gastroscopie en de uitslag

Speekselklierkanker